Pronen, windfoilen, dockstarten, downwinden… Weet jij precies waar die benamingen op slaan? Dan hoef je eigenlijk niet verder te lezen.. weet je niet welke foil disciplines er allemaal zijn? Dan zou ik wel even verder lezen en heb je op de volgende saaie verjaardag weer een mooi verhaal te vertellen.. of ontdek je misschien wel een leuke nieuwe uitdaging voor jezelf!
Eerst even voor de duidelijkheid: ‘Wat is foilen nou eigenlijk?’. Een foil of hydrofoil werkt als een vliegtuig en het ziet er ook uit als een vliegtuig. De hydofoil heeft een voor- en achtervleugel. En daartussen zit de fuselage. Om als watersporter gebruik te kunnen maken van een foil moet hij natuurlijk nog verbonden worden aan je board. Dat doen ze door middel van een ‘foil mast’. Die heef een vliegtuig natuurlijk niet nodig. Als een vliegtuig snelheid krijgt zal hij door de vorm en stand van de vleugels opstijgen. Zo is het bij een hydrofoil ook. Het vliegtuig heeft motoren om snelheid te maken. Op het water kun je gebruik maken van een zeil, wing, kite, peddel, handen of een elektrische motor om snelheid te maken. Het foilen is overigens niet nieuw. In 1908 was Graham Bell (ja, die van de telefoon) al aan het experimenteren met een foil onder een boot. In 1979 was het de Nederlandse windsurflegende Joop Nederpelt die een foil onder zijn windsurfboard schroefde. En in 2003 werd het surffoilen bekend onder het grotere publiek door de documentaire ‘Step into liquid’, waarin Laird Hamilton op een foil de golven van Jaws af surft. Maar welke manieren van foilen zijn er eigenlijk en wat voor soort materiaal heb je er voor nodig..?
Foilen met boten
Om minder weerstand te hebben en daarmee benzine te besparen worden er al lang foils onder boten gemonteerd. Er zijn zelfs passagier veerboten die foils gebruiken. De laatste jaren wordt het foilen met zeilboten steeds populairder. Natuurlijk door de bekendste zeilrace ter wereld: de ‘America’s Cup’. Maar zelfs kleine ‘kinder’ boten kunnen tegenwoordig al foilen.
Moeilijkheidsscore: Geen idee, ik heb dit nog nooit gedaan
Niek’s materiaal keuze: Doe mij maar zo’n America’s Cup bootje 😉
Kitefoilen
Het ‘kiten’ was één van de eerste fun sporten die op grote schaal gebruik maakte van een foil. Door een foil onder het board te schroeven kon er met nog minder wind gekite worden. In de zomer van 2024 is het kitefoilen voor het eerst een Olympische sport.
Moeilijkheidsscore: 5/10. Je moet eerst goed kunnen kiten om er daarna een foil onder te kunnen schroeven.
Niek’s materiaal keuze: Geen idee, ik heb geen verstand van kiten.
Windsurffoilen of Windfoilen
Vaak wordt het kortweg ‘Windfoilen’ genoemd, maar zelf vind ik die benaming nogal verwarrend.. aangezien bijna alle foils door de wind aangedreven worden gebruik ik liever Windsurf foilen. Ook bij het windsurfen zorgt de foil ervoor dat er met weinig wind, toch hard gevaren kan worden. Het ziet er sowieso spectaculair uit. Reden genoeg om vanaf de Olympische zomer Spelen in 2024 het traditionele windsurfen in te ruilen voor het windsurffoilen. Tijdens de Olympische windsurfwedstrijden vaart iedereen altijd op het zelfde materiaal. Zo kan de materiaal strijd enigszins voorkomen worden. Deze klasse wordt de IQFoilClass genoemd.
Moeilijkheidsscore: 6/10. Je moet eerst leren windsurfen, dan planerend leren windsurfen en dan kun je er een foil onder schroeven.
Niek’s materiaal keuze:
Board: Fanatic Stingray 140
Foil: 900cm2
Mast: 90cm
Fuse: 90cm
Wingfoilen
Het ‘Wingfoilen’ is waarschijnlijk wel de makkelijkste manier van foilen. Tel daarbij op dat het veilig is en het materiaal compact is en je snapt dat het de snelstgroeiende foil sport is. Het beste van windsurffoilen en kitesurffoilen gecombineerd zeg maar. Afhankelijk van je genen en vooral van je watersport historie leer je het in 1 tot 10 lessen. Vooral ‘oud’ windsurfers hebben een groot voordeel bij het aanleren van het wingfoilen. Maar dat je heen en weer kunt foilen betekent niet dat je uitgeleerd bent! Dan is er het gijpen, het overstag gaan, 360’s, sprongen met dubbele salto’s en natuurlijk het golfrijden. Uitdaging genoeg dus!
Moeilijkheidsscore: 3/10
Niek’s materiaal keuze:
Board: Duotone Sky Style SLS 4’11
Foil: Duotone Whizz 1000cm2
Mast: Duotone Dlab 82cm
Fuse: Duotone 66cm
Pronen of Surffoilen of eigenlijk Golfsurffoilen
Door de beoefenaars wordt het meestal ‘pronen’ genoemd. ‘Prone’ betekent ‘vooroverliggend’. Maar eigenlijk is het natuurlijk golfsurfen met een foil eronder. Je zit eerst lekker op je board te wachten op een mooie golf en peddelt dan aan, met je buik op je board, als de golf bij je is. Als de golf je ‘meeneemt’ krijg je snelheid en kun je gaan staan… en komt het board dus los uit het water. Zo kun je foilend de golf af surfen. En.. misschien wel het leukste van het ‘pronen’; je kunt de golf verlaten en pompend een andere golf zoeken om die weer af te surfen. Theoretisch kun je zo een paar uur doorgaan. In de praktijk zijn je benen na een paar golven ‘connecten’ echt wel moe, dus is het weer tijd om lekker bij te komen zittend op je board.
Moeilijkheidsscore: 6/10
Niek’s materiaal keuze: (Ik doe dit niet zo vaak.. maar als ik het doe:)
Board: Fanatic Sky Surf 4’8
Foil: Duotone Whizz 1200cm2
Mast: Duotone Dlab 82cm
Fuse: Duotone 66cm
SUP foilen of eigenlijk Wave SUP Foilen
Eigenlijk is dit hetzelfde als het ‘pronen’, maar nu sta je al op je board en heb je een peddel in je handen om op snelheid te komen als de golf er is. Het voordeel van het SUP (=Stand up Paddle) foilen ten opzichte van pronen is dat je niet van ‘lig naar staan’ moet. Het nadeel is dat je een langer board nodig hebt en dat je dan nog flink staat te wiebelen als je aan het wachten bent op een golf.
Moeilijkheidsscore: 6/10
Niek’s materiaal keuze:
Board: Fanatic Sky SUP 6’1
Foil: Duotone Whizz 1200cm2
Mast: Duotone Dlab 82cm
Fuse: Duotone 66cm
Downwinden of Downwind foilen
Downwinden (=met de wind meegaan) kan op verschillende manieren. Natuurlijk heb je een flinke wind en flinke golven nodig. Downwinden op de Noordzee of oceaan klinkt leuk, maar is eigenlijk super moeilijk. Op deze grote zeeën heb je vaak te maken met hoge en snelle golven èn kleine, trage windgolfjes. Naast een verschil in snelheid gaan ze vaak ook nog eens een andere richting op. Het IJsselmeer en Markermeer is eigenlijk veel makkelijker. Vanaf een goede windkracht vier zijn de golven hoog genoeg om je op foil te laten voortbewegen. Golfjes van 75 centimeter zijn al prima. En het belangrijkste voordeel op het IJsselmeer: de golven gaan doorgaans allemaal dezelfde richting op als de wind.
Qua downwindfoilen zijn er eigenlijk 3 mogelijkheden. Namelijk downwinden met de wing, met een peddel of met ‘je handen’ als startmotor.
Wingfoil Downwinden
Je kunt een wing gebruiken om op foil te komen en daarna de winddruk uit de wing laten gaan om zo surfend de golven af te gaan. Het liefst gebruik je de wing alleen voor de eerste minuut om op foil te komen en gebruik je daarna je skills en beenspieren om van golf naar golf te glijden, zonder het water te raken met je board. Lukt dat niet, dan ben met je met behulp van de wing super snel weer op foil. Erg handig om te leren downwinden dus!
Moeilijkheidsscore: 5/10
Niek’s materiaal keuze:
Board: Duotone Downwinder SLS 6’10
Foil: Duotone Glide 1305cm2
Mast: Duotone Dlab 82cm
Fuse: Duotone 66cm
Wing: Duotone Slick in de juiste maat die past bij de wind
SUP foil Downwinden
Heb je wat meer uitdaging nodig? Dan kun je de wing inruilen voor een peddel. Dat is een heel stuk lastiger. Het begint al met de onstabiliteit van het board als je opstaat. Grote kans dat je er gelijk al afvalt. Lukt het eenmaal om te blijven staan.. dan is er de uitdaging om op het goede moment zo hard te peddelen dat je een golfje af kunt. Dat zorgt voor genoeg snelheid om op foil te komen. Eenmaal op foil is het ‘golven connecten’ eigenlijk makkelijker dan met de wing in je handen. Want die wing beperkt je gezichtsveld en je bewegingen heel erg. Maar ja… als je crashed en je moet weer op je wiebelige board klimmen en weer 10 x keihard aanpeddel voordat je op foil ben.. zou je willen dat je een wing had…
Moeilijkheidsscore: 9/10
Niek’s materiaal keuze:
Board: Duotone Downwinder SLS 6’10
Foil: Duotone Glide 1305cm2
Mast: Duotone Dlab 82cm
Fuse: Duotone 66cm
Peddel: BlackProject Hydro Flow X
Prone Downwinden
Wil je echt het onmogelijke doen dan kun je ook de peddel weglaten en je handen gebruiken om aan te peddelen en snelheid te maken. Daarna kun je opstaan en als je dan nog genoeg snelheid hebt kun je op foil komen. Eenmaal op foil heb je natuurlijk het ultieme gevoel van vrijheid. Vliegen over de zee.. wie wil dat niet? Maar na een crash begint het peddel verhaal weer opnieuw … Om op foil te komen is het het makkelijkste om gebruik te maken van een brekende golf bij de kust en dan flink te pompen, met de benen, richting de open zee. Maar eerlijk is eerlijk; minder dan 1 procent van alle foilers zal dit ooit kunnen. Daarnaast is het nogal een risico als je 2km uit de kust crashed en met je kleine boardje niet meer op foil kunt komen.
Moeilijkheidsscore: 10/10
Niek’s materiaal keuze: Geen idee.. nog nooit gedaan!
Dockstarten of pumpfoilen
Rennen op een steiger, op je foil board springen en dan pompend een rondje foilen. Het ziet er cool uit op Insta. En het is ook erg leuk om te doen. Vooral op een mooie zomerse dag met je vrienden bij een mooi steigertje in het park. Maar het is lastig! Ten eerste is foilen zonder wing, zeil of kite in je handen al lastig.. maar ook het ‘op het board springen’ is best wel een dingetje. Gewoon een kwestie van veel uren maken dus. De meeste mensen die het dockstarten oefenen doen het om beter in het pompen te worden zodat ze makkelijker en beter kunnen pronen en downwindfoilen. Oja… Ze vertellen het er meestal niet bij op Insta.. maar als je een minuut achter elkaar rond kunt pompen voordat je benen helemaal verzuurd zijn en je moet stoppen… ben je echt goed bezig! Maar door de enorme materiaal evolutie van deze jonge sport is het wereldrecord wel binnen één jaar van 4 minuten naar 4 uur gegaan!
Moeilijkheidsscore: 7/10
Niek’s materiaal keuze:
Board: Duotone Strider 3’4
Foil: Duotone AMP 1750
Mast: Duotone 75cm
Fuse: Duotone 66cm
Flat water Paddle up
Op vlak water zo hard peddelen dat de foil lift krijgt en het board uit het water komt. Niet echt iets om je hobby van te maken, want het is heel intensief. Toch wordt het gedaan en zie je het op social media. Waarom? Omdat het een goede oefening is (bij gebrek aan golven en wind) om op foil te komen. Lukt het op vlak water? Dan moet het namelijk met wat wind in de rug en een klein golfje ook wel lukken. Omdat je snelheid, peddelend op vlak water, natuurlijk niet heel hoog is helpt het om een foil te hebben die al met weinig snelheid uit het water komt. Een flink grote foil dus. Een lang en smal board helpt ook. En het belangrijkste ingredient voor succes: een hele goede peddel- en pomptechniek!
Moeilijkheidsscore: 6/10
Niek’s materiaal keuze:
Board: Duotone Downwinder 6’10
Foil: Duotone AMP 1750
Mast: Duotone 75cm
Fuse: Duotone 66cm
E-Foilen
Natuurlijk is het e-foilen in opkomst. Net als de electrische fiets, elektrische step en e-mountainbike. Er zijn ondertussen verschillende merken en verschillende manieren van e-foilen. Op een 100% e-foil kun je 30 tot 60 minuten (afhankelijk van de batterij grootte) foilen zonder moe te worden. De techniek is vrij simpel en heb je snel onder de knie. Lift foils is hier erg groot in.
Moeilijkheidsscore: 2/10
Niek’s materiaal keuze: Geen idee, nooit gedaan!
Foil assist
Er zijn ook merken en systemen die meer mikken op het ‘tijdelijk’ leveren van de ondersteuning. Ze helpen je tijdens je prone sessie of downwind sessie om op foil te komen en daarna schakel je de hulp motor uit. Foildrive is hier op dit moment erg serieus mee bezig.
Moeilijkheidsscore: 3/10
Niek’s materiaal keuze: Geen idee, nooit gedaan!
DISCLAIMER. Aan dit artikel is heel veel tijd en zorg besteed, maar natuurlijk nooit ‘volledig en perfect’. De Moeilijkheidsscore staat er puur als indicatie om een indruk te geven hoe moeilijk iets is om te leren. Dat is natuurlijk sterk afhankelijk van iemands talent, materiaal en historie qua water- en foilsporten. De genoemde materiaal keuze is ook puur om een indicatie te geven van wat voor soort materiaal je gebruikt. Bijvoorbeeld een heel groot of juist heel klein board.